De verspreiding van de oriëntalistische praxis in de Belgische kunstenaarsmilieus (1830-1914)

2012 > 2016

Promotor(s) : Pr Dr Michel Draguet

Onderzoeker(s) : Davy Depelchin

Co-promotor:

  • Prof. Dr. Marjan Sterckx (UGent)


Wetenschappelijk comité:

  • Prof. Dr. Michel Draguet (Algemeen Directeur van de KMSKB ; Hoogleraar ULB)
  • Prof. Dr. Marjan Sterckx (UGent)
  • Prof. Dr. Linda Van Santvoort (UGent)
  • Prof. Dr. Jo Tollebeek (KU Leuven)

 

Sinds postkoloniale critici (Said e.a.) in de 60’er en 70’er jaren van de vorige eeuw hun mening over het oriëntalisme ventileerden, is er behoorlijk wat aandacht uitgegaan naar het thema en vooral naar het theoretische discours dat erachter schuil ging. Tegen deze achtergrond richt deze studie zich op het Belgische luik van de in Europa prominent aanwezige oriëntalistische beweging in de schone kunsten. De kunsten vertolkten een dubbele rol. Enerzijds dienden oriëntalistische kunstwerken zich aan als een product van vigerende opvattingen – exotische fantasieën, escapistische verlangens, etnografische vaststellingen of politiek-mercantiele ambities –, anderzijds vormden ze zelf bouwstenen voor de beeldvorming rond de Oriënt. Voor de periode 1830-1914, vormt België als entiteit een uitermate interessant studieobject gezien de afwezigheid – of toch op zijn minst meer latente aanwezigheid – van politieke of mercantiele belangen in het referentiegebied. De bijzondere waarde schuilt tevens in de internationale profilering van de jonge, competitieve natie en haar permeabiliteit voor ideeën die via de aangrenzende grootmachten binnenstroomden. Mede dankzij zijn centrale ligging in West-Europa bekleedde de liberale burgerstaat vanaf 1830 een paradigmatische positie in de contemporaine wereld. Met deze studie wordt de identificatie beoogd van de figuren die verantwoordelijk waren voor de introductie, de verspreiding en de interpretatie van het oriëntalistische thema in het Belgische kunstenaarscircuit. Hoe positioneerden zij zich ten aanzien van hun leerlingen, hun vakgenoten en hun publiek? En hoe verhielden beeld- en betekenisoverdracht zich tot elkaar?

Dit onderzoeksproject gebeurt in samenwerking met de Universiteit Gent. De schriftelijke neerslag van deze studie zal er neergelegd worden als doctoraal proefschrift.